Koken in een pan: aardappelen na schillen in ongeveer gelijke stukken snijden en met koud water opzetten. Kook de aardappelen 20 tot 25 minuten. Prik in de aardappelen met een vork om te controleren of ze gaar zijn. De exacte kooktijd is afhankelijk van de hoeveelheid, het formaat en het ras van de aardappelen. Giet de aardappelen vervolgens af en laat ze even uitdampen.
Koken in de magnetron (1000 Watt): schil de aardappelen en leg ze in een schaal of kom die geschikt is voor de magnetron. Voeg een laagje water toe en dek de kom, niet helemaal sluitend, af. Ook hier is de kooktijd variabel, ca. 7 minuten per 500 gram aardappelen.
Bakken in de koekenpan: kook de aardappelen in de pan of magnetron. In schijfjes snijden, afkoelen, uit laten lekken en droogdeppen. Bak de schijfjes vervolgens 8 minuten op hoge temperatuur tot ze aan beide kanten knapperig en goudgeel zijn.
Wedges uit de oven (180°C): was of schil de aardappelen, wat je voorkeur is. Snijd ze daarna in wedges. Bestrijk ze met wat olie of boter en leg de aardappelen langs elkaar op een stuk bakpapier op een rooster of bakplaat. Draai er nog wat versgemalen peper over en doe de aardappelen, afhankelijk van de grootte van de aardappel, 30 tot 40 minuten in de voorverwarmde oven.